Wet van 3 juli 2005

Ontstaansgeschiedenis

Oktober 2003

De opmaak van een tekst van voorontwerp van wet (.pdf) door de Hoge Raad voor Vrijwilligers (werkdocument).

19 november 2003

Kamer van Volksvertegenwoordigers - Indiening van het wetsvoorstel K0455/001-2003/2004-0 (.pdf) door :

  • Van Gool Greet , SPASPI (AUTEUR)
  • De Meyer Magda , SPASPI (AUTEUR)
  • Storms Annelies , SPASPI (AUTEUR)
  • Temsamani Anissa , SPASPI (AUTEUR)
  • De Block Maggie , VLD (AUTEUR)
  • Gerkens Muriel , ECOLO (AUTEUR)
  • Bourgeois Geert , N-VA (AUTEUR)
  • Courtois Alain , MR (AUTEUR)
  • Delizée Jean-Marc , PS (AUTEUR)
  • Viseur Jean-Jacques , CDH (AUTEUR)

27 november 2003

Inoverwegingneming van het op 19 november 2003 ingediende wetsvoorstel

3 maart 2004

De opmaak, door de Hoge Raad, van een aan de Minister overgemaakte advies (.pdf) dat uit twee verschillende delen bestaat, waarvan het eerste met de titel 'Toelichting', hierbij ondermeer de aandacht van de Minister vestigend op:

  • de noodzaak dat de sociale waarde van het vrijwilligerswerk wordt erkend,
  • de reden waarom in het Frans de term 'volontaire' wordt verkozen boven 'bénévole',
  • de hoogdringendheid om de problematiek van de grijze zone tussen vrijwilligerswerk en semi-agorale arbeid te regelen

en het tweede deel met de titel 'Advies per hoofdstuk en per artikel' met de reden waarom de tekst van bedoeld ontwerp van wet verschilt van deze welke door de Hoge Raad voor Vrijwilligers aanbevolen werd.

April 2004

De Commissie van Sociale Zaken van de Kamer en Minister Demotte vragen gezamenlijk aan de Nationale Arbeidsraad dringend een advies uit te brengen over het toekomstige statuut van de Vrijwilligers.

9 februari 2005

Advies van de Nationale Arbeidsraad (.pdf)

Maart 2005 – mei 2005

Voortzetting van het onderzoek van het wetsvoorstel door de Commissie Sociale Zaken van de Kamer

Opmaak van amendementen:

1 augustus 2006, inwerkingtreding van de meeste bepalingen

Namelijk die betreffende:

  • de informele informatieplicht: de organisaties moeten aan de vrijwilligers geen organisatienota meer bezorgen. Ze mogen de vorm die hen past, kiezen (publicatie, affiches enz.), op voorwaarde echter dat ze kunnen bewijzen dat ze de vrijwilliger daadwerkelijk geïnformeerd hebben, voordat hij zijn activiteit begint. De vrijwilligers moeten zo op de hoogte zijn van de onbaatzuchtige doelstelling en het juridisch statuut van de organisatie, evenals van het verzekeringscontract dat de schade die ze aan derden zouden kunnen veroorzaken, dekt en dat hen beschermt tegen bijzondere risico's. Ze moeten ook geïnformeerd worden over de voorwaarden voor een eventuele uitbetaling van een vergoeding.

  • de feitelijke verenigingen: ze worden tegenwoordig duidelijk omschreven. Het gaat om "elke vereniging zonder rechtspersoonlijkheid van twee of meer personen die in onderling overleg een activiteit organiseren met het oog op de verwezenlijking van een onbaatzuchtige doelstelling, met uitsluiting van enige winstverdeling onder haar leden en bestuurders, en die een rechtstreekse controle uitoefenen op de werking van de vereniging". Vanaf nu zijn ze allemaal onderworpen aan de meeste bepalingen van de wet, onder andere aan de plicht om de toekomstige vrijwillige te informeren over de identiteit van de verantwoordelijke of verantwoordelijken van de vereniging. Daarentegen zijn enkel de feitelijke verenigingen die een of meerdere personen met een arbeidscontract tewerkstellen of die beschouwd kunnen worden als een afdeling van een andere vereniging, onderworpen aan de bepalingen betreffende de aansprakelijkheid en de verzekeringen die op 1 januari eerstkomend in werking zullen treden.

  • de mogelijke onkostenvergoedingen: De toegelaten forfaitaire vergoeding is vastgelegd op maximum € 27,92 per dag en € 1.116,71 per jaar (afschaffing van het driemaandelijks maximumbedrag). Binnen deze grens geeft ze geen aanleiding tot onderwerping aan de sociale zekerheid. Erboven zal de vrijwilliger in staat moeten zijn om aan de fiscus het bewijs te leveren van de werkelijkheid en het bedrag van de kosten gedragen door de organistie door de facturen of betalingsbewijzen voor te leggen. Bij gebrek hieraan zullen de ontvangen vergoedingen gelijkgesteld worden met inkomsten.

  • De werklozen en de bruggepensioneerden die een deel van hun tijd willen besteden aan activiteiten van vrijwilligerswerk: ze zijn voortaan niet meer verplicht om een toelating af te wachten: ze moeten er eenvoudigweg de voorgaande en schriftelijke verklaring van indienen bij de directeur van hun werkloosheidsbureau. Ze moeten echter ter beschikking blijven voor de arbeidsmarkt.

  • De personen getroffen door een arbeidsongeschiktheid die een uitkering genieten mogen zich engageren in het vrijwilligerswerk op voorwaarde dat de adviserende arts vaststelt dat deze activiteit compatibel is met hun algemene gezondheidstoestand.

Na bekendmaking van een uitvoeringsbesluit, inwerkingtreding van bepalingen die de bekendmaking van een dergelijk besluit vereisen

Namelijk die aan de personen die:

  • een leefloon ontvangen,
  • een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden ontvangen of
  • een gewaarborgd inkomen voor bejaarden ontvangen

zullen toelaten om zich te wijden aan vrijwilligerswerk, terwijl ze hun uitkeringen behouden.

1 januari 2007, voorziene inwerkingtreding van de luiken "aansprakelijkheid van de vrijwilliger en van de organisatie" en "verzekering vrijwilligerswerk"